woensdag 4 september 2013

Scenes uit een ziekenhuis (part I)



Een lange gang is zichtbaar. Een grote logge deur komt langzaam in beeld. Even wordt er ingezoomd op het naamplaatje naast de deur. Er staat maar 1 naam vermeld. Gesmoord sportcommentaar is hoorbaar ondanks de gesloten deur. Er klinken voetstappen. Het snelle getik van hoge hakken komt dichterbij. Een hand met lange vingers en gelakte nagels opent de deur. Het volume van het sportcommentaar gaat omhoog.

Jenny: Pa! PA! WAT EEN HERRIE!!

Jenny kijkt op het bedieningspaneel wat boven het hangt bed en drukt op de rode knop. De overgang naar stilte is groot.

Jenny: Pa! dat kun je toch niet maken. Zo hard de radio aan! Je bent niet de enige patiënt in dit ziekenhuis!

Pa: Kun je niet even kloppen?  Dat komt hier maar binnen vallen. Ik schrik me nog dood. En ik lig hier toch helemaal allenig of niet dan? Wie heeft er dan last van?

Jenny: Ach Pa... alsof je het had gehoord als ik had geklopt. (-stilte-) Nou... vertel eens... hoe gaat het met je? Heb je een beetje geslapen?

Pa: Geslapen? Hier? in het ziekenhuis? Nee natuurlijk niet! Om de paar uur maken ze je wakker. Dan voor een pilletje. Dan piept dat ding weer (wijst op infuus). En als je net in slaap bent gesukkeld komen ze alweer met de thee en die slappe boterhammen.

Jenny: En je ontlasting? Hoe gaat het daarmee?

Pa: (met stemverheffing) Mijn ontlasting?! Waarom wil toch iedereen weten hoe ik schijt!! Ik heb 's ochtends amper de ogen open of die zusters vragen hetzelfde...

Jenny: (hoorbare zucht) Omdat dat 1 van de redenen is dat je hier ligt pa. En natuurlijk moeten die zusters daar naar vragen want die horen dat te weten.

Pa: (onverstaanbaar gemompel) ...dan vraag je het hun maar want ik ga jou niet vertellen hoe ik schijt. 

-stilte- We zien 'Pa' wrokkig uit het raam kijken. Jenny rommelt in haar tas en haalt er een grote doos met bonbons uit.

Pa: Wat is dat?

Jenny: Bonbons. Ik dacht dan kun je de mensen die je op komen zoeken wat aanbieden.

Pa: Wat dacht je? (Pa richt zich op uit de kussens)  Ik ga de ogen van die ouwe even uitsteken? Die ligt hier al dagen in bed te overleven op slappe boterhammen en dan neem je fijne chocolaatjes mee die hij zelf niet op mag eten? Voor bezoek? Welk bezoek? Ik lig hier de godganse dag allenig te wezen.

Jenny: Dat is niet waar. (hoorbare zucht) Gister zijn Tiny en Piet nog bij je geweest en vanmiddag komen Aaldert en Gerda nog even bij je kijken. Dus stop nou maar met zeuren. (korte stilte)  En ze geven je toch nog wel meer te eten dan boterhammen?

Pa: (zakt weer neer in de kussens) Ja. Gister werd ik 'getrakteerd' (ironisch toontje) op soep. Maar ze kunnen hier ook niet koken. Het was niet te vreten. Heb ik ook tegen die zusters gezegd. Dit eet ik niet!  Er zaten allemaal droge stukjes in...

Jenny: Ah Pa.... (verontwaardigd)  Droge stukjes? In soep?! alsjeblieft.... Hou op zeg!

Er volgt weer een stilte. Pa kijkt stuurs voor zich uit. Jenny pulkt aan haar gelakte nagels.

Jenny: Nou Pa. Dan ga ik maar weer eens. De kinderen komen zo uit school. Morgen kom ik iets later want dan gaat Theo naar dat congres voor 3 dagen. Ik bel je vanavond nog wel even.

Pa: (onverstaanbaar gemompel)

Jenny buigt over Pa heen en geeft een zoen op de ingevallen wangen. We zien dat Pa de hand van Jenny vastpakt en even in haar vingers knijpt. Met tikkende hakken verlaat Jenny de kamer. Als de deur dichtvalt worden de klanken van het sportcommentaar weer hoorbaar. Jenny staat zoekend in de gang

Jenny: Zuster? Zuster! (snel tikkende voetstappen) Zuster, mijn vader kan toch voorlopig nog niet naar huis hè?!